Kijkoperatie van de heup

Bij een groot deel van de mechanische heupproblemen kunnen we een oplossing bieden via artroscopie: de zogenaamde kijkoperatie. Dat is zo voor de meeste vormen van impingement, losliggende kraakbeenstukken, problemen aan de psoaspees of de iliotibiale band en problemen met de slijmbeurs van de heup en de hefspieren (gluteus spieren) van de heup. Ongeveer 7 op de 10 heupoperaties die we bij jongere mensen uitvoeren zijn kijkoperaties. Patiënten met dysplasie kunnen we meestal niet helpen met een artroscopie. Bij hen kan deze operatie net tot meer problemen leiden, als de diagnose vooraf niet duidelijk is gesteld.

Bij een artroscopie maken we een aantal kleine incisies waardoor we een heel mooi zicht krijgen op de heupkom, het labrum (sluitring van de heupkom) en de heupkop. Ook het kapsel en het slijmvlies van de heup kunnen we goed zien en zo nodig behandelen.

Een artroscopie is een heel veilige operatie. Omdat we werken met een aantal kleine incisies, en het gewricht tijdens de operatie ook continu wordt gespoeld, is de kans op infectie bijzonder klein. Je kan ook onmiddellijk terug stappen en bewegen, waardoor de kans op bloedklontering (trombose) heel laag is. Daarom zullen we een heupprobleem altijd proberen oplossen via een kijkoperatie.

Verloop van de ingreep

Tijdens de operatie maken we 3 tot 5 kleine werkgaatjes (van ongeveer 1 cm). De operatie duurt 1,5 tot 2 uur, afhankelijk van wat we moeten behandelen. In totaal ben je 4 tot 5 uur weg van de kamer: tijd voor de ingreep, de ingreep zelf en de tijd in de ontwaakzaal.

We brengen je helemaal in slaap. Daarnaast plaatsen we een lokale verdoving rond de heup om de pijn na de ingreep zo goed mogelijk op te vangen.

Herstel

De operatie op zich verloopt meestal heel vlot. Je kan de dag van de operatie het ziekenhuis verlaten en zal daarbij doorgaans weinig pijn ervaren.

Door de lokale verdoving aan de heup, vragen we je om in de eerste 24 uur voorzichtig te zijn met steunen. Soms is de quadricepsspier ook verdoofd en kan je door je been zakken. Na 24 uur mag je gewoon steunen met krukken. Die gebruik je de eerste twee weken. In week 3 en 4 vragen we om nog 1 kruk te gebruiken om de belasting nog wat te beperken.

In de eerste 10 dagen mag je zelf enkele oefeningen doen. Je krijgt daarvoor een schema mee naar huis. Na 10 dagen kan je starten met kinesitherapie. Ook daarvoor krijg je een begeleidend schema mee.

Hoewel een artroscopie beperkt is qua impact, mag je het herstel toch niet onderschatten. De eerste weken na de operatie kan je al relatief snel steunen, maar het kan erg lang duren voor de oorspronkelijke klachten goed onder controle zijn. Het is niet omdat we aan de buitenzijde maar een aantal kleine wondjes maken, dat de ingreep aan de binnenzijde geen belangrijk herstel vraagt. Het duurt minimaal 4 tot 6 maanden voor de pijn verdwijnt.

Geduld is daarom belangrijk tijdens het herstel. Bovendien pakken we hier problemen aan die tot heupslijtage leiden. Dat betekent dat we het soms niet helemaal in orde krijgen. Het is belangrijk dat je als patiënt met een realistisch beeld de operatie tegemoet gaat.