Tips bij bijwerkingen
Neutropenie
Een daling van het aantal witte bloedcellen.
- Het risico op koorts en infecties neemt toe.
- Je arts controleert regelmatig je bloed.
- Verwittig altijd je arts als je tekenen van infectie vertoont: koorts (> 38°C), rillingen, overmatig zweten, hoesten, keelpijn, aanhoudende diarree, pijn of branderig gevoel bij het plassen …
- Was je handen vaak en goed met zeep en warm water, vooral voor het eten en na een toiletbezoek.
- Poets je tanden grondig en controleer je mond op wondjes en andere tekenen van infectie.
- Maak schaaf- of snijwondjes goed schoon.
- Blijf uit de buurt van mensen die ziek of verkouden zijn.
- Kook je eten goed en was rauwe groeten en fruit grondig.
Bloedarmoede
Een tekort aan rode bloedcellen (= anemie).
- Je arts controleert regelmatig je bloed.
- Verwittig altijd je arts als je tekenen van bloedarmoede vertoont: vermoeidheid, kortademigheid, bleke huid, hartkloppingen, oorsuizen, duizeligheid.
Trombocytopenie
Een tekort aan bloedplaatjes.
- Je arts controleert regelmatig je bloed.
- Trombocytopenie kan kan aanleiding geven tot neusbloedingen, bloedend tandvlees en andere bloedingen, blauwe plekken zonder aanleiding, kleine rode plekjes in de huid, zwarte ontlasting (=melena), bloed in de urine …
- Verwittig altijd je arts als je deze tekenen vertoont.
- Gebruik een zachte tandenborstel, gebruik geen tandenstokers maar flos met tandzijde, scheer met een elektrisch apparaat in plaats van scheermesjes en gebruik geen tampons bij de menstruatie.
Ontsteking van de mond en lippen
Droge mond, keelpijn, blaasjes, aften.
Tips om te voorkomen:
- Poets je tanden vier keer per dag (na elke maaltijd en voor het slapengaan) met een zachte tandenborstel. Als je geen tandprothese hebt, spoel de prothese na elke maaltijd onder stromend water af en reinig minstens een keer per dag.
- Gebruik tijdens het tandenpoetsen een milde tandpasta.
- Gebruik vier keer per dag een chloorhexidine mondspoeling zonder alcohol, bv. Dentio B 0,12% mondspoelmiddel.
- Hou je lippen vet (bijvoorbeeld met vaseline).
Algemene tips:
- Pas je voeding aan: vermijd te warm, te koud en te pikant eten. Kies voor zachte voeding waarop je niet (te lang) moet kauwen.
Hand-voetsyndroom
Roodheid, zwelling, droogheid, overgevoeligheid, jeuk en pijn ter hoogte van de handpalmen en de voetzolen.
- Plan eventueel voor de start van je behandeling een bezoek bij de pedicure/manicure om eeltplekken te verwijderen.
- Gebruik een hydraterende crème, eventueel met ureum.
- Gebruik een overvette zeep bij het wassen.
- Neem een koude of lauwe douche of bad, vermijd contact met heet water.
- Vermijd blootstelling aan hittebronnen, zoals zon, zonnebank, sauna’s.
- Draag katoenen sokken en vermijd knellende of afsluitende schoenen en juwelen
- Gebruik handschoenen bij het schoonmaken en tuinieren.
Hand-voet huidreactie
Roodheid, eeltvorming, overgevoeligheid en pijn ter hoogte van de handpalmen en de voetzolen.
- Plan eventueel voor de start van uw behandeling een bezoek bij de pedicure/manicure om eeltplekken te verwijderen.
- Gebruik een hydraterende crème, eventueel met ureum.
- Gebruik een overvette zeep bij het wassen.
- Neem een koude of lauwe douche of bad, vermijd contact met heet water.
- Vermijd blootstelling aan hittebronnen vb. zon, zonnebank, sauna’s.
- Draag katoenen sokken en vermijd knellende of afsluitende schoenen.
- Gebruik handschoenen bij het schoonmaken en het werken in de tuin.
Misselijkheid en braken
- Drink voldoende om uitdroging te voorkomen (1,5 tot 2 liter per dag: water, thee, bouillon …).
- Eet en drink alleen waar je zin in hebt en forceer niets.
- Eet meerdere kleine maaltijden per dag in plaats van drie grote maaltijden.
- Eet vooral droog voedsel zoals beschuit, rijstwafel of granen.
- Eet geen vet, gefrituurd, zoet of pittig eten.
- Vermijd cafeïne en alcohol.
- Rust na de maaltijd bij voorkeur in een zittende houding.
- Vermijd geuren die misselijkheid kunnen verergeren.
- Overleg met je arts over medicatie tegen misselijkheid.
Diarree
- Drink voldoende om uitdroging te voorkomen (1,5 tot 2 liter per dag: water, thee, bouillon …).
- Eet meerdere kleine maaltijden per dag in plaats van drie grote maaltijden.
- Vermijd voedingsmiddelen die de ontlasting op gang brengen, zoals cafeïnehoudende dranken (koffie, cola …), bruisende dranken, prei, koolsoorten, melkproducten, schillen van fruit, voedingsmiddelen die veel vet bevatten, specerijen …
- Eet meer voedingsmiddelen met weinig vezels, bv. wit brood, witte rijst, bananen, eieren, vis, mager vlees …
- Vul je zoutverlies aan met voedingsmiddelen die veel natrium of kalium bevatten, bv. aardappelen zonder schil, geraspte bruin geworden appelen …
- Als het nodig is, kun je eventueel een Imodium® nemen. Start met twee smelttabletten Imodium®, vervolgens neem je na elke losse stoelgang één smelttablet Imodium®. Je mag niet meer dan acht smelttabletten per dag nemen. Neem contact op met je arts als de diarree langer dan twee dagen duurt.
Constipatie
- Drink 1,5 tot 2 liter per dag: water, thee, bouillon …
- Zorg voor een uitgebalanceerde voeding met voldoende vezelinname, bv. groenten, fruit, peulvruchten, volkorenbrood …
- Vezelrijke voeding kan in het begin zorgen voor gasvorming en een opgeblazen gevoel. Het is daarom belangrijk dat je de hoeveelheid vezels langzaam opbouwt en zeker ontbijt, want dat stimuleert de darmperistaltiek.
- Zorg voor voldoende beweging, een half uur lichamelijke activiteit stimuleert de darmperistaltiek.
- Negeer de drang om naar het toilet te gaan niet en neem voldoende tijd tijdens een toiletbezoek.
Verminderde eetlust
- Drink voldoende water tussen maaltijden om uitdroging te voorkomen. Drink niet te veel net voor of tijdens de maaltijd om te voorkomen dat de vloeistoffen je maag vullen waardoor je minder honger hebt.
- Eet gezond en voedzaam.
- Eet meerdere kleine maaltijden per dag in plaats van drie grote maaltijden.
- Experimenteer om te ontdekken welke voedingsmiddelen je het liefst eet. Dikwijls blijft de smaak voor zoete gerechten het meest aanwezig.
- Koude gerechten of gerechten op kamertemperatuur smaken meestal lekkerder dan warme bereidingen.
- Blijf actief, dat kan helpen om meer honger te krijgen. Doe bijvoorbeeld elke dag een wandeling.
Smaakverandering
- Zorg voor een goed verzorgd gebit door regelmatig je tanden te poetsen.
- Drink voldoende zodat je minder last hebt van een vieze smaak en een droge mond.
- Met kauwen en zuigen stimuleer je de speekselklieren om speeksel te produceren, waardoor proeven makkelijker wordt. Neem iets om op te kauwen of om op te zuigen, zoals een zuurtje, pepermunt of (suikervrije) kauwgom. Ook fris-zure producten zoals tomaat, komkommer, augurk, appel en zilveruitjes kunnen helpen.
- Experimenteer om te ontdekken welke voedingsmiddelen je het liefst eet. Dikwijls blijft de smaak voor zoete gerechten het meest aanwezig.
- Koude gerechten of gerechten op kamertemperatuur smaken meestal lekkerder dan warme bereidingen.
- Gebruik voldoende kruiden.
Haaruitval
- Gebruik milde haarproducten zoals babyshampoo.
- Was je haar met lauw water.
- Wees voorzichtig bij het borstelen en wassen van je haar.
- Gebruik geen haardroger, krultang of stijltang.
- Draag een hoofddeksel of sjaal om het verlies van lichaamswarmte te beperken.
Vermoeidheid
- Beweeg dagelijks, bv. een korte wandeling.
- Las voldoende rustpauzes in.
- Verminder stress en werk. Ontspannen kan helpen om energie te sparen en stress te verminderen, bv. lezen of muziek beluisteren.
- Eet gezond en drink voldoende.
- Plan belangrijke activiteiten op de momenten waarop je het meeste energie hebt, probeer ze te verdelen over de dag.
- Vermijd stimulerende middelen zoals cafeïnerijke dranken en alcohol vlak voor het slapengaan.
- Vermijd drukke activiteiten voor het slapengaan en zorg voor een overgangsperiode waarin je kan ontspannen.
- Zorg voor een goed dag- en nachtritme: vermijd te lang slapen tijdens de avond.
Huiduitslag, droge huid
- Gebruik badolie of een neutrale, niet-geparfumeerde zeep.
- Hydrateer regelmatig met een vette of hydraterende bodylotion.
- Ga niet onder de zonnebank.
- Vermijd zoveel mogelijk blootstelling aan de zon. Als je toch in de zon loopt, gebruik dan een zonnecrème met een hoge beschermingsfactor.
- Vermijd contact met irriterende producten zoals schoonmaakproducten of draag handschoenen.
- Draag losse, katoenen kledij zodat je huid kan ‘ademen’.
Niet-infectieuze longontsteking
(=pneumonitis)
- Kan gepaard gaan met koorts, hoesten, ademhalingsproblemen en piepende ademhaling.
- Verwittig altijd je arts als je deze tekenen vertoont.
Opstapelen van vocht
(=oedeem)
- Kan gepaard gaan met zwelling van de armen, handen, voeten, enkels of andere delen van het lichaam. Je merkt dit ook aan de toename van je lichaamsgewicht.
- Verwittig altijd uje arts als je deze tekenen vertoont.
Verlenging van het QT-interval
- Je arts maakt voor de start van je behandeling een hartfilmpje (EKG).
- Verlenging van het QT-interval kan gepaard gaan met pijn in de borst, een versneld of vertraagd hartritme, hartkloppingen, duizeligheid, blauwverkleuring van de lippen, kortademigheid …
- Verwittig altijd je arts als je deze tekenen vertoont.
- Andere geneesmiddelen die ook het QT-interval verlengen, kunnen het effect versterken. Het is daarom belangrijk dat je behandelend arts en ROTS-apotheker op de hoogte zijn van alle voedingssupplementen en geneesmiddelen die je neemt.
Hoofdpijn
- Zorg voor voldoende frisse lucht, een goede nachtrust en voldoende ontspanning.
- Pijnstilling: neem maximum 4 keer per dag paracetamol 1 g. Laat minstens 6 uur tussen elke inname. Neem deze medicatie niet langer dan 10 dagen. Raadpleeg uw arts indien u hierna nog steeds last heeft van hoofdpijn.
Spier- en gewrichtspijn
- Probeer genoeg te bewegen en wissel beweging af met ontspanning en rust.
- Verwittig je arts als je hier veel last van hebt. Hij kan je eventueel medicatie voorschrijven om de pijn te verlichten.
Vocht rond de longen
- Kan gepaard gaan met kortademigheid, hoesten en koorts.
- Verwittig altijd je arts als je deze tekenen vertoont.
Oogproblemen
Verstoord zicht, wazig zicht, waterige ogen, rode ogen, gevoeligheid voor licht, veranderingen in het gezichtsvermogen, oogpijn.
- Vermijd autorijden als je hier last van hebt.
- Verwittig altijd je arts als je hier veel last van hebt.
Uveïtis (oogprobleem)
- Kan gepaard gaan met roodheid en irritatie van het oog, wazig zien, oogpijn, verhoogde gevoeligheid voor licht, zwevende vlekjes voor de ogen …
- Verwittig altijd je arts als je hier veel last van hebt.
Leverfunctiestoornissen
- Kan gepaard gaan met pijn aan de rechterzijde van de maagstreek, geel worden van de huid en het wit van de ogen, donkere urine, jeukende huid, minder honger dan normaal, misselijkheid of braken, vermoeidheid, sneller bloedingen of blauwe plekken dan normaal.
- Verwittig altijd je arts als je hier last van hebt.
Vertraagde hartslag
- Kan gepaard gaan met flauwvallen, duizeligheid en een lage bloeddruk.
- Verwittig altijd je arts als je hier last van hebt.
Zenuwpijn
(= perifere neuropathie)
- Kan gepaard gaan met een verdoofd, slapend en tintelend gevoel in de gewrichten of ledematen, vooral in de handen en voeten.
- Verwittig altijd je arts als je hier last van hebt.
Hoge bloeddruk
- Beweeg regelmatig.
- Verminder stress: probeer ontspanningstechnieken zoals meditatie.
- Rook niet.
- Eet gezond.
- Behoud een gezond lichaamsgewicht: regelmatige lichamelijke activiteit en een gezond dieet kunnen daarbij helpen.
- Vermijd alcohol en cafeïne, die kunnen de bloeddruk doen stijgen.
Heesheid
(= dysfonie)
- Drink regelmatig kleine hoeveelheden water om je keel te beschermen tegen uitdroging.
- Vermijd irriterende middelen zoals tabaksrook en droge omgevingen (bv. als gevolg van centrale verwarming of airconditioning).
- Wees voorzichtig als je dingen doet waarbij je je stem te veel zou kunnen belasten.
- Neem keelpastilles om de keel te verzachten.
Verlaagde werking van de schildklier
(= hypothyreoïdie)
- Je arts controleert regelmatig je schildklierfunctie.
- Verlaagde werking kan gepaard gaan met een droge huid, kortademigheid, veranderingen in huid of haar, gewichtstoename, obstipatie, vermoeidheid, zwelling rondom de ogen en koud hebben.
- Verwittig altijd je arts als je hier last van hebt.
Ontsteking van de nagelriem/nagelbed
- Knip je nagels niet te kort af.
- Draag geen knellende schoenen.
- Bij ontsteking van het nagelbed kun je je handen onderdompelen in een ontsmettende chloramine-oplossing.
Posterieur reversibel encefalopathiesyndroom (PRES)
- Kan gepaard gaan met hoofdpijn, verwardheid, extreme vermoeidheid, blindheid en lichte verhoging van de bloeddruk.
- Verwittig altijd je arts als je hier last van hebt.
Tumorlysissyndroom (TLS)
- De snelle afbraak van kankercellen kan leiden tot ongewone concentraties van lichaamszouten in het bloed. Dat noemen we het tumorlysissyndroom. Het risico is het hoogst gedurende de eerste vijf weken.
- Je arts controleert regelmatig je bloed.
- Symptomen van het syndroom zijn koorts, koude rillingen, misselijkheid, braken, buikpijn, opgeblazen gevoel, verwardheid, kortademigheid, onregelmatige hartslag, donkere of troebele urine, extreme vermoeidheid, spier- of gewrichtspijn, stuipen …
- Verwittig altijd je arts als je hier last van hebt.
- Drink minstens 1,5 tot 2 liter water per dag. Dat helpt om de afbraakproducten van kankercellen via de urine uit je lichaam af te voeren en vermindert dus het risico op TLS.
- Je arts kan eventueel preventief allopurinol voorschrijven om TLS te voorkomen.
Koorts en koude rillingen
- Verwittig je arts als je lichaamstemperatuur hoger is dan 38,5 °C.
Huidafwijkingen
- Onderzoek regelmatig je huid tijdens de behandeling.
- Verwittig altijd je arts als je een verandering in je huid of een van de volgende tekenen opmerkt: wratten, pijnlijke huid of rode bult op de huid die bloedt of niet geneest, verandering van grootte of kleur van een moedervlek.
Vertraagde wondheling
- Oude wonden kunnen opnieuw opengaan en nieuwe wonden sluiten moeilijk.
- Verwittig je arts als je wondjes hebt of als je een chirurgische ingreep moet ondergaan tijdens je behandeling.
Pneumocystis jirovecii pneumonie (PJP) en cytomegalovirus (CMV)
- Dit zijn ernstige infecties. Je arts schrijft antibiotica voor tijdens de behandeling en tot twee à zes maanden na de behandeling om te voorkomen dat je deze infecties oploopt.
Verstoring van het menstruatiepatroon
- Verwittig je arts als je menstruatie uitblijft.