Op deze pagina

Trombose is een aandoening waarbij bloedstolsels worden gevormd in de bloedvaten. Dat kan gevaarlijk zijn voor hart, hersenen of longen.

Bij een trombose wordt een bloedklonter gevormd die de doorstroming van het bloedvat belemmert. Als de klonter niet oplost, kan hij zo groot worden dat de ader volledig wordt afgesloten. We spreken dan van een veneuze trombose. We maken een onderscheid tussen een diepe veneuze trombose (DVT) en een longembolie.

Een diepe veneuze trombose is een bloedklonter in een dieper gelegen grote ader. Als een deel van de bloedklonter loskomt en met het bloed naar het hart stroomt, kan een diepe veneuze trombose gevaarlijk zijn. Wanneer het hart het bloed naar de longen pompt, kan de klonter er in de kleinere bloedvaten terechtkomen en vast geraken: dan ontstaat een longembool. Een longembool vereist een medische behandeling. Zo niet, kan de aandoening fataal aflopen.

Trombose

Oorzaken

De oorzaak is meestal een combinatie van een verhoogde neiging van het bloed om te stollen (door een gewijzigde samenstelling van het bloed), een beschadigde bloedvatwand en een vertraagde bloedsomloop. Dat laatste is meestal het gevolg van langdurige immobilisatie (bv. door een gipsverband, na een operatie, door ziekte, een lange vliegreis …) waardoor een verminderde circulatie optreedt.

Ook (zware) operaties vormen een risico, vooral als er voor en na de operatie geen preventieve maatregelen worden getroffen en/of als je een verhoogd risico hebt. Bij een lokale verdoving is er over het algemeen een kleiner risico dan bij een algemene verdoving.

Ook het type ingreep is belangrijk: vooral orthopedische ingrepen zoals het plaatsen van knie- of heupprothese vormen een hoger risico.

Risicofactoren

Als je zelf of een familielid in de eerste graad ooit een diepe veneuze trombose of longembool had, loop je een verhoogd risico.

Andere risicofactoren zijn:

  • roken
  • hoge cholesterol
  • diabetes
  • hoge bloeddruk
  • oudere leeftijd, hoewel ook jonge mensen kunnen getroffen worden
  • overgewicht
  • langdurige immobilisatie door chirurgie, trauma, hospitalisatie …
  • het gebruik van oestrogenen (bv. anticonceptiepil)
  • stollingsstoornissen
  • kanker en kankertherapie

Vrouwen hebben bovendien meer kans op de aandoening tijdens of onmiddellijk na een zwangerschap.

De combinatie van al deze factoren zorgt ervoor dat elke individuele patiënt een welbepaald risicoprofiel heeft. Op basis daarvan beslist de arts welke maatregelen nodig zijn.

Symptomen

Als een bloedklonter de afvoer van het bloed naar het hart belemmert, kan het been zwellen, wat wel eens een trombosebeen wordt genoemd.

Andere mogelijke symptomen zijn:

  • een zwaar gevoel in het been
  • pijn die toeneemt bij het stappen (waardoor je moeite ervaart om te stappen)
  • een blauw-paarse verkleuring van de huid
  • een warm aanvoelende huid
  • pijnlijke zwelling van het been

Bij een longembool zien we volgende symptomen:

  • Ademhalingsproblemen, kortademigheid, acute benauwdheid
  • Pijn op de borst
  • Hoesten van bloed
  • Malaise, soms koorts

Verwittig altijd je arts als deze klachten zich voordoen zodat de trombose zo snel mogelijk kan vastgesteld worden. Dit is van levensbelang! Wacht op hulp in zittende of halfzittende houding.

Soms zijn er ook helemaal geen symptomen en gaat de trombose onopgemerkt voorbij of treden de symptomen pas laattijdig op als het kwaad al is geschied. Daarom is het zo belangrijk om een trombose te voorkomen.

Voorkomen

Als je risico loopt om een veneuze trombose te ontwikkelen (zoals na een operatie of langdurige bedrust), schrijft je behandelende arts medicatie (zoals onderhuidse spuitjes) of andere preventieve maatregelen zoals steunkousen voor. De arts maakt die keuze op basis van jouw risicoprofiel en - indien van toepassing - het soort operatie dat je zal ondergaan.

Na een ingreep of lange bedrust is het zeer belangrijk dat je zo snel mogelijk weer begint te bewegen, al dan niet met hulp van fysiotherapie, zodat de bloedsomloop wordt gestimuleerd.

Neem in elk geval nooit op eigen houtje bloedverdunners of andere medicatie om een trombose te voorkomen.

Behandeling

Als bij jou een veneuze trombose is vastgesteld, behandelt de arts de trombose door dagelijks een injectie of/en orale antistollingsmiddelen toe te dienen. Afhankelijk van het bestaande tromboserisico kan dat gedurende enkele maanden noodzakelijk zijn en in bepaalde omstandigheden zelfs langer. Het belangrijkste doel is om complicaties (zoals een longembool) te voorkomen. Als de trombose niet goed wordt behandeld, kunnen de aders blijvend beschadigd geraken en kun je chronische klachten ontwikkelen.

Bij een levensbedreigende situatie dienen we via een infuus een zeer sterk klonteroplossend middel toe. Dit gebeurt op de afdeling intensieve zorg.

Bovenop de behandeling met medicatie, kunnen ook fysieke maatregelen nodig zijn zoals oefeningen of steunkousen.

Oefeningen om trombose te voorkomen

Aandachtspunten bij de behandeling

Neem bij aanhoudende bloedneuzen, tandvleesbloedingen of blauwe plekken contact op met je arts.

Heb je volgende klachten, neem dan onmiddellijk contact op met je arts:

  • Bloed in de urine of de ontlasting
  • Bloed ophoesten
  • Braken van bloed
  • Verminderd gezichtsvermogen, aanhoudende hoofdpijn
  • Bleekheid, vermoeidheid

Tips

  • Vertel aan iedere professionele zorgverlener dat je antistollingsmiddelen gebruikt: arts, apotheker, tandarts, verpleegkundige, kinesist, podoloog …
  • Gebruik nooit andere geneesmiddelen zonder overleg met je arts of apotheker (bv. aspirine, ontstekingsremmers).
  • Breng je arts op de hoogte van veranderingen in je lichaamsgewicht of nierfunctie.
  • Respecteer de door jouw arts voorgeschreven behandelingsduur.
  • Stop nooit met de behandeling zonder overleg met je arts.

Goede gewoonten voor elke dag

  • Naast de antistollingsbehandeling is het dragen van steunkousen of steunpanty’s (klasse III) belangrijk. Begin er zo snel mogelijk mee en blijf ze dragen tot twee jaar na de trombose om herhaling te voorkomen.
  • Tijdens een vliegreis die langer dan 4 uur duurt, is het noodzakelijk om de steunkousen te dragen. Sta regelmatig op uit je stoel en drink veel water. Eventueel kan je arts je adviseren om een preventief spuitje met ontstollingsmedicatie te plaatsen als je een lange reis voor de boeg hebt en/of niet veel zal kunnen bewegen.
De inhoud van deze pagina werd samengesteld door de betrokken dienst(en). Laatste update: 28-december-2023.

Hart- en vaatziekten

Naar boven

AZ Sint-Lucas & Volkskliniek

Groenebriel 1
9000 Gent

GPS adres

Terhagen

09 224 61 11
info@azstlucas.be
Qualicor Europe Logo RGB

AZ Sint-Lucas behaalde het Qmentum-kwaliteitslabel van Qualicor Europe

made by