Correctie van afstaande oren (otoplastie)

Afstaande oren, met of zonder hypertrofie van de kom, afwezigheid van de natuurlijke plooien, kunnen we met een otoplastie corrigeren. De ingreep is mogelijk van zodra het oor volledig volgroeid is rond 5-6 jaar.

Ingreep

De ingreep kan, volgens de keuze van de patiënt onder lokale of algemene verdoving plaatsvinden. Via een incisie achter het oor, verwijderen we zo nodig een stuk van het kraakbeen en maken het soepel. Met enkele draadjes vormen we opnieuw de natuurlijke plooi van het oor. We hechten de wonden met een niet-verteerbaar draadje. Na de ingreep krijg je een steunend koptelefoonverband. De ingreep duurt ongeveer anderhalf uur.

Na de ingreep

Je kan dezelfde dag al naar huis. Het steunverband blijft een week ter plaatse. Nadien raden we aan om steunende brede tennisband te dragen, voornamelijk ‘s nachts gedurende een tweetal weken. Na de operatie heb je weinig pijn, maar het kan wel een tweetal weken aanhouden.

In het begin zijn de oren soms nog fel gezwollen.

Het definitieve resultaat is pas na drie tot zes maanden zichtbaar.

Complicaties

Zoals bij elke ingreep, zijn ook bij een otoplastie enkele complicaties mogelijk:

• Zeldzaam vormt zich een bloedklonter in het oor. Die kan spontaan verdwijnen of wordt met een naald verwijderd op de consultatie.
• Nog zeldzamer is een infectie van het kraakbeen. Meestal volstaat een kuur met antibiotica, soms moeten we het abces via een operatie openen.

Tips

• Slaap ‘s nachts met een steunende band.
• Plan de operatie bij kinderen in een schoolvakantie.
• Vermijd wintersporten tot twee maanden na de ingreep. Het oor kan door de koude nog gevoelig zijn.