Je hebt een ICD gekregen omdat je een ernstige, levensbedreigende hartritmestoornis hebt gehad of omdat uit onderzoeken is gebleken dat je een verhoogd risico hebt om een gevaarlijke hartritmestoornis vanuit de hartkamers te ontwikkelen. Onder andere mensen met hartfalen (sterk verminderde pompfunctie van het hart), een sterk verdikte hartspier of aangeboren hartritmestoornissen (Brugada- of lang QT-syndroom) krijgen een ICD ingeplant. Het toestel bestaat uit een pulsgenerator uit titanium (met o.a. de batterij) en 1 tot 3 elektroden (leads).
Een ICD kan ervoor zorgen dat een gevaarlijke hartritmestoornis die ontstaat uit de linker- of rechterkamer zeer snel kan gestopt worden en zo kan voorkomen dat je hieraan overlijdt. De ICD controleert voortdurend je hartritme en kan helpen bij een te snelle hartslag maar ook bij een te langzame hartslag.
De belangrijkste functie van de ICD is ingrijpen bij een te snelle hartslag. Boven een ingesteld maximum (bijvoorbeeld 190 hartslagen per minuut) gaat de ICD bepalen of het hier gaat om een gevaarlijke (kamer)ritmestoornis of niet. Is dit wel het geval, dan zal de ICD deze stoornis overprikkelen door een reeks snelle elektrische impulsen af te geven om zo de hartritmestoornis te onderbreken (ATP of anti-tachy-pacing). Meestal voel je hier niets van. Indien de hartritmestoornis desondanks blijft aanhouden, kan de ICD met een elektrische shock alsnog proberen tot een normaal hartritme te komen. Een ICD kan ook bij een te trage hartslag dienen als pacemaker.
Een biventriculaire ICD (CRT-D of cardiale resynchronisatietherapie) kan net zoals een gewone ICD kamerstoornissen opsporen en stoppen. Dit toestel kan ook werken zoals een pacemaker, maar gaat nog een stap verder door het hart bij iedere hartslag te ondersteunen door de twee grote kamers gelijktijdig te doen samentrekken. De CRT-D wordt meestal gegeven bij de behandeling van hartfalen.
Voor alle duidelijkheid: een ICD kan ook werken als pacemaker, maar een pacemaker kan niet werken als een ICD (geen shock geven).
Het kan zijn dat je de shock bewust meemaakt of je buiten bewustzijn was geraakt door de hartritmestoornis. Het aanvoelen van een shock is zeer verschillend. Voor de meeste patiënten voelt dit aan als het krijgen van een forse klap. Word ke na het krijgen van een shock vlot wakker en kun je praten en bewegen, blijf je vooral rustig. Word je echter na het krijgen van een shock niet goed wakker en voel je je niet goed of krijg je meerdere shocks na elkaar, dan moet je dringend naar het ziekenhuis gebracht worden door een familielid of met de taxi of ambulance.
Je mag na het krijgen van een shock tijdelijk (periode individueel te bepalen door de cardioloog op basis van de wetgeving) zelf NIET met de auto rijden!
In het geval je ICD een shock afgeeft, bestaat er geen enkel gevaar voor diegenen die je aanraken om zelf een shock te krijgen. Zij kunnen op dat moment hoogstens een lichte trilling voelen.
Sommige medische, maar ook niet-medische behandelingen kunnen de werking van de ICD beïnvloeden. Dan zijn voorzorgsmaatregelen nodig of moet een alternatief voor de behandeling gezocht worden. Er is vooraf overleg nodig met de cardioloog over de volgende onderzoeken of behandelingen:
Verwittig steeds elke arts (ook tandarts) dat je een defibrillator hebt.
Opgelet met bepaalde niet-medische behandelingen zoals sommige schoonheidsbehandelingen (definitieve ontharing, couperose, pigmentvlekken,…), andullatiematrassen, trilplaten, … Alle fysieke trillingen en/of elektromagnetische stralen kunnen de werking van een ICD beïnvloeden en een onterechte shock veroorzaken.
Voordat je door een detectiepoortje op een vliegveld loopt, moet je het beveiligingspersoneel laten weten dat je een ICD hebt en toon je je ICD-identificatiekaart. Loop vervolgens in een normaal tempo door het poortje en ga bij het detectiesysteem vandaan als je je duizelig voelt of hartkloppingen hebt. Wanneer een handdetector wordt gebruikt, moet je het beveiligingspersoneel verzoeken deze niet in de buurt van je ICD te houden. De beveiligingssystemen op vliegvelden én winkels zijn metaaldetectoren. Het alarm kan dus afgaan als de metalen behuizing van je ICD gedetecteerd wordt.
Patiënten met hartfalen hebben ook vaak een ICD/CRT-D. Daarom hier wat specifieke informatie. Je kunt steeds navragen bij het reisbureau of de luchthaven of er op het vliegtuig zuurstof aanwezig is, indien dit nodig zou blijken. Je kunt hiervoor ook naar de European Lung Foundation surfen (Engels en Frans) waar je meer informatie kunt vinden over welke vliegtuigmaatschappijen
zuurstof aan boord aanbieden. Hou er rekening mee dat een warm klimaat je klachten kan doen toenemen.
Vakantie in de bergen
Vakantie onder de zon
Je dient een arts te contacteren wanneer je volgende zaken opmerkt:
Christel Michiels, hartfalenverpleegkundige
T (+32) 9 224 5075
E christel.michiels@azstlucas.be
Secretariaat hart- en vaatziekten
T (+32) 9 224 6400
Secretariaat cardiale revalidatie
T (+32) 9 224 5584
Bij de Belgische patiëntenvereniging BIPIB vind je als patiënt of familielid info rond het hebben van een ICD. Je kunt ook lid worden van deze vereniging.
Voor reislustige ICD-dragers hebben de firma’s Biotronik, Boston Scientific (voorheen Guidant), Medtronic, St. Jude Medical en LivaNova (voorheen Sorin) aparte websites met adressen van ziekenhuizen in het buitenland diejouw merk ICD kunnen uitlezen.
Niet elk ziekenhuis in het buitenland beschikt over een programmeerapparaat van jouw specifiek merk om je ICD uit te kunnen lezen. Je moet deze ziekenhuizen voor je vertrek opzoeken.
Als je ‘ziekenhuizen in het buitenland’ ingeeft op het internet, zie je als eerste link een overzichtspagina van alle bovenstaande ICD fabrikanten. Voeg deze ziekenhuisadressen toe aan je reisdocumenten en verwittig je reisgenoot/ hoteldokter wat te doen indien je in het buitenland medische hulp zou nodig hebben.
Heb je een ICD van een ander merk, dan adviseren wij je rechtstreeks contact op te nemen met de fabrikant.
Groenebriel 1
9000 Gent
GPS adres
Terhagen