Baarmoederhalskanker

Wat is baarmoederhalskanker?

Baarmoederhalskanker is een kwaadaardig gezwel ter hoogte van de baarmoederhals. Deze kanker wordt veroorzaakt door het humaan papillomavirus of HPV. Dit virus wordt overgedragen via seksueel contact. De meeste vrouwen raken vroeg of laat met dit virus besmet. Meestal verdwijnt het weer vanzelf, maar soms blijft het in het lichaam aanwezig. Tien tot vijftien jaar later kan dit tot kanker leiden.

Baarmoederhalskanker ontwikkelt zich uiterst traag. Alles begint met een letsel dat nog geen kanker is. De behandeling ervan voorkomt het ontstaan van kanker. Als baarmoederhalskanker in een vroeg stadium wordt ontdekt en behandeld, is de kans op genezing groter. Daarom is het belangrijk om driejaarlijks een uitstrijkje te laten nemen.

De baarmoederhals bevindt zich op de plek waar de baarmoeder overgaat in de vagina. Baarmoederhalskanker ontstaat meestal uit cellen in het overgangsgebied van de buitenbekleding naar de binnenbekleding van de baarmoederhals. Een ander woord voor baarmoederhals is cervix. Een ander woord voor kanker is carcinoom. Baarmoederhalskanker wordt daarom ook wel cervixcarcinoom genoemd.

Bouw en functie van de baarmoeder en baarmoederhals

De baarmoeder is peervormig en ongeveer 7 à 8 cm lang en 5 cm breed. Het bevindt zich in het bekken, tussen de blaas en de darm. De baarmoeder, eileiders en eierstokken worden op hun plaats gehouden door banden, ligamenten genoemd. Ook de bekkenbodemspieren dragen hiertoe bij. De baarmoederhals zorgt voor een verbinding tussen de vagina en het baarmoederlichaam.

Bovenaan de baarmoeder monden langs beide zijden de eileiders uit. Deze zorgen voor het vervoer van de eicel naar de baarmoeder. De eileiders zijn elk op hun beurt verbonden met een eierstok. De eierstokken zorgen voor de productie van de hormonen oestrogeen en progesteron en zijn een opslagplaats voor de eicellen. Wanneer er geen bevruchting van de eicel plaatsvindt, brokkelt het slijmvlies van de baarmoeder af en spreekt men van (maandelijkse) menstruatie.

Het slijmvlies in de baarmoederhals bestaat uit een ander soort cellen dan het slijmvlies op de buitenkant van de baarmoederhals en vagina. Waar de binnenbekleding van de baarmoederhals overgaat in de buitenbekleding gaan twee soorten cellen in elkaar over. Het is een overgangsgebied tussen cilindercellen (binnenbekleding) en plaveiselcellen (buitenbekleding). Het is juist in deze overgangszone dat er veranderingen kunnen plaatsvinden. Deze kunnen leiden tot een voorstadium van baarmoederhalskanker en later soms tot baarmoederhalskanker.

Baarmoederhalskanker kan zich op verschillende manieren uitbreiden:

• door directe groei in de omgeving.
• door uitzaaiingen via het lymfestelsel.

Symptomen

Afwijkingen aan de cellen van de baarmoederhals geven in het begin geen klachten. Vaak worden ze opgespoord via de uitstrijkjes van het bevolkingsonderzoek.

Mogelijke symptomen die je zelf kunt opmerken:

• bloederige of bruinige slecht ruikende afscheiding buiten de gewone menstruatiecyclus
• bloedverlies tijdens of vlak na geslachtsgemeenschap (contactbloeding).
• Een bloeding na de overgang (menopauze).
• pijn bij het plassen of moeite om te plassen.